Nick van Goor

Neerlandicus, Schrijver en humor sapiens



Mijn schrijverspad

Precies 17.225 dagen na de totale capitulatie van nazi-Duitsland werd ik geboren in een pittoresk dorpje.  Ik was 4570 gram en het meeste van dit gewicht zat in mijn hoofd. Dat ik een dik hoofd had, stond inderdaad buiten kijf, maar men, mezelf incluis, was zich nog niet bewust van de schrijverspotenties die met die enorme kop gepaard gingen.

Het dikke hoofd ging inderdaad gepaard met een flinke hersencapaciteit, maar tegelijkertijd ben ik verre van een alleskunner. Mijn motorische ontwikkeling stopte ongeveer bij het rijden op de laatste speelgoedtrekker op de peuterschool. Een spijker in een muur slaan is voor mij ingewikkelder dan een Dostojevski-roman analyseren. Als men mijn handschrift leest, dan moet ik direct waarschuwen dat ik geen last heb van een acute epileptische aanval. Ik zal helaas moeten accepteren dat ik weinig bij kan dragen aan een mooiere fysieke wereld, maar gelukkig kan ik iets aardig goed en dat is schrijven.

Voor een mooiere geestelijke wereld kan men op mij rekenen! Mijn passie voor schrijven begon niet zoals voor vele anderen. Ik was niet het type dat op jonge leeftijd dagboeken schreef. Mijn passie ontstond door uitgaan en ongebreideld puberhedonisme. Op mijn vijftiende zette ik mijn eerste stappen in het uitgaansleven. De avonturen die ik met mijn vrienden meemaakte, schreef ik op en las ik voor op school. Mijn enigszins narcistische zieltje werd gestreeld na iedere authentieke lachstuip van het publiek en plots besefte ik dat ik het pad naar levensgeluk had gevonden. Schrijven om te bestaan! Ik besefte toen al dat dit geen gemakkelijke queeste zou worden. 

                         Met een fluorescerend shirt, een emmer wetlookgel en oorbellen schreef ik mezelf scheel in mijn pubertijd, vandaar de bril. 

Ik wilde niet het type persoon worden dat zich schrijver noemde, omdat hij in zijn dagboek een mooie volzin over zijn gebroken puberverkering had geschreven. Het doel was om er daadwerkelijk mijn brood mee te verdienen. En dan geen beschimmeld brood van de afprijshoek in de lokale supermarkt, maar verse bolletjes van de warme bakker!

In de puberteit kon ik weliswaar grappige verhaaltjes schrijven, maar mijn vocabulaire en grammaticale capaciteiten waren nog niet echt je-van-het. Ik kon bovendien nog wel de nodige literaire inspiratie gebruiken. Daarom begon ik te lezen dat het een aard had en verslond ik vele literaire klassiekers, terwijl ik simultaan onderzocht welke stijlen me het meest aanspraken, zodat ik op basis daarvan een eigen stijl kon ontwikkelen. Na mijn middelbare school besloot ik bovendien Nederlandse Taal en Cultuur te studeren om zo mijn schrijversvaardigheden verder te ontwikkelen.

Ik leerde veel over het ontstaan en de ontwikkeling van taal, literaire mechanieken en dingen die wel leuk waren, maar die verder niet relevant waren voor mijn schrijverspad. Naast mijn studie begon ik content te schrijven voor bedrijven en dat was direct een groot succes. Met een creatieve invalshoek wist ik unieke en aantrekkelijke content te schrijven en daar verdiende ik direct een flinke stuiver mee!

Veel van die vele stuivers besteedde ik aan bier. Hier zie je met een welvaartsbuikje genieten in Rotterdam, nadat ik weer een prachtige tekst had geschreven.

              Veel van die stuivers besteedde ik aan bier. Hier zie je me met een welvaartsbuikje genieten in Rotterdam. Neem het beeld rustig in je op en oordeel dan.                             

 

Tegelijkertijd kreeg ik de mogelijkheid om mijn passie voor films met een groot publiek te delen en werd ik filmredacteur op de website fok.nl. De artikelen en recensies zijn inmiddels door honderdduizenden mensen gelezen en dat is best een mooi wapenfeit! Natuurlijk bleef mijn passie voor literair schrijven bestaan en pende ik vrijwel wekelijks een literair verhaal.

In 2018 rondde ik mijn master Neerlandistiek af met een scriptie over humor in de Zeik-trilogie van Herman Brusselmans. Ik had inmiddels genoeg opdrachtgevers om van te leven, dus ik hoefde geen vaste baan te zoeken en kon direct fulltime door met mijn schrijverscarrière. Mijn missie was volbracht!

                              Kijk hoe trots ik ben! Helaas gooide het besef van mijn sterfelijkheid roet in het eten, zoals altijd.